Gezin: Cornelis Pater / Willemina van Voorthuijsen (F47)

getr. 09 apr 1775


Gezinsinformatie    |    Aantekeningen    |    Alles    |    PDF

  • Echtgenoot | Mannelijk
    Cornelis Pater

    Geboren  mrt 1742  Doorn ? Zoek alle personen met gebeurtenissen in deze plaats
    Gedoopt  25 mrt 1742  Woudenberg Zoek alle personen met gebeurtenissen in deze plaats
    Overleden  18 okt 1830  Woudenberg Zoek alle personen met gebeurtenissen in deze plaats
    Begraven     
    Getrouwd  09 apr 1775  Woudenberg Zoek alle personen met gebeurtenissen in deze plaats
    Type  Reli 
    Vader  Gijsbert Pater | F59 Gezinsblad 
    Moeder  Jannetje van Huigenbosch | F59 Gezinsblad 

    Echtgenote | Vrouwelijk
    Willemina van Voorthuijsen

    Geboren  (± -00-1736)  De Glind (Gem. Barneveld) Zoek alle personen met gebeurtenissen in deze plaats
    Overleden  21 okt 1820  Woudenberg Zoek alle personen met gebeurtenissen in deze plaats
    Begraven     
    Andere partner  Willem van Daselaar | F991 (Reli) 
    Getrouwd  03 nov 1748  Renswoude Zoek alle personen met gebeurtenissen in deze plaats
    Vader  Willem Tonisz van Voorthuijsen | F996 Gezinsblad 
    Moeder  Jantje van Groot Daatselaar | F996 Gezinsblad 

  • Aantekeningen 
    • Willemina van Voorthuijsen (Willemsen) is bij haar huwelijk weduwe van Willem van Daselaar (Claasz) die boer was van de hofstede "Klein Davelaar", tegenwoordig boerderij "De Beek", onder Woudenberg. Door zijn huwelijk met haar kwam Kornelis in het bezit van de boerderij met 12 morgen land die hij zelf bewerkte. Verder kocht hij in 1775 nog 1 morgen van 't erf "Klein Lambalgen", dat aan "KLein Davelaar" grensde. In het boek "Oud Schildgeld Woudenberg en Geerestein 1536-1775" door Ir. WHM Nieuwenhuis, staat precies beschreven in welke handen "Klein Davelaar" in die jaren is geweest.
      In de archieven van de Hervormde Gemeente Scherpenzeel (akte 214) met als datum 03-03-1783 staat in ieder geval het volgende over Cornelis en zijn boerderij "Klein Davelaar":
      Dominee Potter uit Scherpenzeel stuurde de gerechtsbode van Woudenberg er op uit om "garfkoren", een soort kerkelijke belasting, te innen van o.a. Cornelis Pater van "Klein Davelaar". Deze antwoorde "dat hem dat al meer was geseijdt" en de gerechtbode keerde overrichte zaken terug. Op 23-08-1794 probeert men het weer en weer weigert hij. Wellicht moeten de koster en de predikant voortaan afzien van de garfkoren van "Klein Davelaar". (zie blz. 195 van Gesch. Grote Kerk Scherpenzeel door HM van Woudenberg). Maar waarom moesten boeren die in Woudenberg woonden, garfkoren afstaan aan een predikant van Scherpenzeel? Om een heel eenvoudige reden. De mensen van boerderijen die onder Woudenberg vielen, maar dichter bij Scherpenzeel woonden gingen meestal naar de Kerk in Scherpenzeel en vielen daardoor kerkelijk onder Scherpenzeel en moesten aan deze kerkelijke gemeente hun garfkoren afdragen. Veel van deze boeren, o.a Kornelis, redeneerde tegenover de kerkelijke gemeente van Scherpenzeel als volgt: "Wij wonen in de gemeente Woudenberg en moeten daarom in die gemeente garfkoren betalen." Tegenover de kerkelijke gemeente van Woudenberg redeneerde men als volgt: "Wij kerken in Scherpenzeel en betalen daarom niet aan jullie." Zo probeerde verscheidene boeren onder deze kerkelijke belasting uit te komen.
      Een Memorie van Successie kantoor Amersfoort dd.18-10-1830 (RA Utrecht) verklaart Klaas van Voorthuizen (Willemse) (neef en pleegzoon van Willemina), bouwman, uit Woudenberg dat op den achtienden October achtienhonderddertig in de gemeente van Woudenberg is overleden Cornelis Pater, ook wel genoemd Cornelis Gijsbertse Pater. Cornelis had een testament op laten maken op 26 mei 1830 ten overstaan van Notaris Wulphert van Ginkel te Veenendaal, dat tot enige en algehele erfgenaam heeft benoemd zijn stiefzoon Klaas Willemsen van Voorthuizen, bouwman onder Woudenberg aan de Brinkkant. Verder verklaart hij dat: Cornelis Pater is gehuwd geweest met wijlen Willemina Willemse, reeds voor verscheidene jaren overleden, eerder weduwe van Willem Claassen, met Dit testament is herroepen bij een testament in dato 2e augs 1816 ventienhonderd vijfen zeventig voor het geregt van Woudenberg .....enz. Opmerkelijk is verder dat we twee eerdere testamenten hebben gevonden in het rijksarchief van Utrecht Not. Arch. Amersfoort AT 056 a 008 dd. 28061816 nr. 88. en zelfde nummer dd. 02081816 nr. 107, beiden verleden door notaris Hubertus Aloijsius Vliecks. In het eerste wordt hij Cornelis Willemse Pater genoemt en in het tweede Cornelis Gijsbertsen Pater. Hier volgen de verschillen van deze twee testamenten:
      In de marge van de eerste:
      Dit testament is herroepen bij een testament in dato 2e augs 1816 gepasseerd.
      In de marge van het tweede testament:
      #duidelijk is gebleken- renvoy goedgekeurd benevens de doorhaling van vijf en twintig in de loop dezer akte. De notaris heeft kennelijk wat zitten slapen daar hij twee maal achter elkaar opschreef dat Cornelis:
      zijnde gezond van lichaam, zijn verstand, memorie, oordeel en zinnen volkomen machtig zoals aan de zelve notaris en getuigen duidelijk is gebleken.
      In de eerste akte maakt en bespreekt hij bij wijze van bijzonder legaat aan zijn zuster Geertje Willemse Pater, huisvrouw van Aart Reijerse...
      In de tweede akte aan Geertje Gijsbertsen Pater, huisvrouw van Aart Reijersen.... of aan kinderen in moeders plaats een bedrag van tweehonderd gulden.
      In de eerste akte: insgelijks aan de gezamentlijke kinderen van mijn overleden broer Jan Willemse Pater thans in de gemeente van Leusden woonachtig de som van twee honderd guldens.
      In de tweede akte wordt gesproken van de kinderen van Jan Gijsbertsen Pater De zelfde verwisseling zijn we ook bij Gijsbert van Ginkel, zoon van Breunis van Ginkel en van wijle zijn zuster Jannetje Willemse Pater met Jannetje Gijsbertsen Pater. In beide testamenten bepaald hij dat de legaten binnen een jaar na zijn overlijden in contanten zullen moeten worden uitbetaald door de universele erfgenamen welke hij met naam noemt, nl. Klaas Willemse van Voorthuyzen, zoon van Willem van Voorthuysen en van mijne huisvrouw (in eerste akte) mijn actuele huisvrouw (in tweede akte), dan wel zijn kinderen. Getuigen bij het eerste testament waren op 28 juni 1816 om half tien 's morgens: Wouterus van Ommen, schoenmaker; Dirk van de Roemer fabrikeur in marscilles; IJsbrand Westerveld, slijter in sterke dranken en Lambertus Herbers, garentwijnder, alle vier meerderjarig en wonenden binnen deze stad Amersfoort. Cornelis verklaarde bij beiden dat hij niet kon schrijven en tekenen.
      Getuigen bij het tweede testament waren op twee augustus 1816 om negen uur 's morgens: Jan Augustinus, fabrikeur in marscilles; Lambertus Herbers, garentwijnder; Philip Bauer, vleeschhouwer en Jan Smit, winkelier. De reden van het tweede testament zou kunnen zijn dat men zich vergiste met de naamgeving. Deze was nog niet zo actueel. Immers men begon dat omstreeks 1812 in te voeren. Als je dan je vader ook overal Gijsbert Willemse hoort noemen dan ben je geneigt deze naam over te nemen als familienaam. Echter dit was nog een patroniem. Zelf was hij al 74 jaar en mogelijk nooit of weinig de familienaam Pater gebruikt. Nu moet er opeens een testament komen. Die moet dan juridis in orde zijn. Mogelijk werd zo tijdig de fout opgemerkt dat Pater niet een toevoeging was op de mogelijk als familienaam gebruikte patroniem.